“Premier Rutte over het goede leven. Onderdeel van een online festival over het mislukte leven”. Met deze 2 zinnen wordt de ‘Protestantse Lezing 2020’ aangekondigd op de thuispagina van de website van de Protestantse kerk. Eigenaardige combinatie, is mijn eerste gedachte: Rutte gaat over het goede leven, het festival over het mislukte leven. Waarom deze rolverdeling? En wat is goed, wat is mislukt? Het is alleen maar een blikvanger, blijkt als ik alle informatie op de website lees. En bij mij ‘werkt’ de blik-vanger: ik merk dat het me steeds weer schokt om de kop van Rutte prominent op de hoofdpagina van de kerk te zien.
Toch blijft het eigenaardig. Want Rutte, die nu de staatsman mag zijn die Nederland samen door de pandemie loodst, blijft toch de premier die staat voor 10 jaar neoliberaal kabinetsbeleid. Onder dat beleid ligt het verhaal over de krachtige homo economicus die vrij zwevend zijn eigen goede leven tot stand brengt – een onbestaanbare en ook niet-bestaande mens dus. En dat beleid heeft gezorgd voor vele achterblijvers, die niet mee konden en mochten komen op deze zegetocht. En moet deze politicus van de kerk een podium krijgen om ons toe te spreken over het goede leven? Ja, de premier en vele andere politici krabbelen inmiddels terug, omdat de schade aan mensen en de samenleving steeds meer zichtbaar wordt. Maar al te gemakkelijk wordt daarbij vergeten dat die schade aan verloren gegane mensenlevens niet ongedaan kan worden gemaakt. De verwoestingen in de jeugdzorg, de wijkzorg, de gezondheidszorg, en de vernedering die van burgers cliënten maakte zitten nog in de ziel van velen. En van die schade weet de kerk, zij staat dicht bij de slachtoffers – toch? Rutte introduceren als iemand die ons iets nieuws kan leren over het goede leven is uiteindelijk toch een belediging van hen die leden onder de harde politiek van de afgelopen jaren…
Wat gaat hier fout? Het begint al bij de terminologie. Tegen de naam ‘Protestantse kerk’ pleitte in 2004 al dat het usurperende grootspraak was, waardoor andere protestanten die buiten de verenigde kerk bleven weggedrukt werden. Die naam herhalen in zo’n lezingencyclus versterkt dit nog eens. En dan ‘het goede leven’ als jaarthema – dat haakt in op een gevoel dat religie en dus kerk er vooral zijn voor het comfort. In veel materiaal dat de kerk aanbiedt (ook in het aangekondigde festival) blijkt dat er wel aandacht is voor de schaduwkanten van de term – er klinken woorden als pijn en genade. Maar het affiche van zo’n thema alleen al wijst mensen in eerste instantie de verkeerde kant op. Het blijft jammer dat er niet een meer inclusieve term is gekozen, met aandacht voor de kritiek en de strijd die het kost om het goede leven in ons samenleven te vinden.
Nog even terug naar Rutte als kerkelijk boegbeeld. Het zal toch niet gebeuren dat de kerk over enkele tientallen jaren weer spijt moet betuigen dat ze onvoldoende afstand genomen heeft van een beleid dat de samenleving uit elkaar heeft gespeeld?
Harry Pals
Recente reacties