Nieuwe boeken door: Wilken Veen
Huub Oosterhuis / Alex van Heusden, Tora, Middelburg: Skandalon 2024. 808 pag. € 49,99. ISBN 978 94 93220 77 5.
Het enige ingewikkelde aan dit boek is voor mij, dat Huub Oosterhuis en Alex van Heusden, de voortreffelijke vertalers, hun naam op het omslag hebben gezet als waren ze de schrijvers (oké, heel erg klein, maar toch). Maar ja, wie had je er anders op moeten zetten? Het boek is echt prachtig uitgegeven en heel erg mooi vertaald. Om het boek een plaats te geven in het inmiddels toch behoorlijk brede scala van Bijbelvertalingen of vertalingen van gedeeltes van de Bijbel, noemt Alex van Ligten in zijn voorwoord de Statenvertaling en de vertaling van Buber-Rosenzweig. Van de eerste hebben onze vertalers vooral de precisie en letterlijkheid van ’overzetten’ van het Hebreeuws in het Nederlands overgenomen, maar qua stijl is het eigenlijk alleen maar te vergelijken met de Bücher der Weisung van Martin Buber en Franz Rosenzweig. Van hen namen ze de vertaalprincipes over, zoals ik en velen met mij die hebben geleerd van Frans Breukelman: Concordantie en Kolometrie. Met het eerste wordt bedoeld dat een bepaald woord in het Hebreeuws telkens met hetzelfde Nederlandse woord wordt weergegeven. Tegelijk hebben de vertalers de grenzen van dit systeem goed aangevoeld en in acht genomen. Een woord kan meerdere aspecten in zich dragen en dan is het zaak om vooral dat te laten horen, wat in die bepaalde context dominant is. Maar altijd is er op gelet, dat die woorden, die door de herhaling de structuur van een tekst medebepalen, wel altijd gelijk worden vertaald. Om een opvallend voorbeeld te noemen: Het woord ‘toledot’ komt van een stam ‘ialad’, waarvan ook het woord ‘ièlèd’ – kind is afgeleid. Het werkwoord betekent dus in de eerste plaats ‘baren’, de passieve vorm is dan: gebaard of geboren worden. Maar als het woord nu een manspersoon als onderwerp heeft, hoe noem je die activiteit dan: ‘doen baren’ of, zoals we bij Breukelman leerden: ‘verwekken’ met als zelfstandig naamwoord ‘verwekking’, meervoud ‘verwekkingen’? Dat kan, maar het ‘baren’ van de vrouw is dan uit het woord verdwenen. Want het gaat in de verhalen over de verwekkingen van Sem of van Terach of van Jakob niet over die verwekkingen, maar over de geschiedenis van diegenen die verwekt werden. Pieter Oussoren vertaalt dan ‘dit zijn de geboortes uit Sem’ dan heb je dat grondbegrip ‘baren’ en ‘geboren worden’ erin zitten. Maar kinderen worden niet ‘uit’ de vader, maar ‘uit’ de moeder geboren. Kijk, wat de, verder door mij zeer gewaardeerde, Herziene Statenvertaling doet: ‘dit zijn de afstammelingen van…’ Dat kan alleen maar als dat het opschrift van een geslachtsregister is, maar het is het opschrift boven een reeks verhalen over die afstammelingen. Oosterhuis en Van Heusden vertalen: ‘dit zijn de verwekten’. Zeker, je bent de stam ‘baren’ dan kwijt, maar je maakt wel duidelijk dat het niet over die verwekking gaat, maar over wat er verwekt is. Zo zijn er verschillende vertalingen mogelijk die allemaal een aspect van dat woord ‘toledot’ laten horen. Maar omdat dit nu precies het woord is dat het boek Genesis structureert, is het belangrijkste dat je overal datzelfde woord, in dit geval ‘verwekte’ laat horen en dat doen onze vertalers.
Kolometrie wil zeggen, dat dat wat in een adem wordt uitgesproken op één regel wordt geschreven. Een systeem om het voorlezen te vergemakkelijken dat al stamt uit de tijd van voor de interpunctie. Het is een vertaling om voor te lezen! Dan maar een dik boek, liever dan een dunner boek, waarin al het wit wordt weggewerkt en volgeschreven.
Want zo is dit hele proces begonnen. Alex van Heusden vertelt het in de inleiding: in september 1997 werd in de Rode Hoed, destijds het onderkomen van de Amsterdamse Ecclesia, ‘de hele Bijbel gelezen en uitgelegd’, te beginnen bij Genesis. Daar werd de Genesis-vertaling van Oosterhuis en Van Heusden ten doop gehouden, prachtig voorgelezen en toegelicht door ‘deskundigen’. Ik weet het nog heel goed, want Karel Deurloo en ik hadden kort daarvoor het boek De gezegende te midden van zijn broeders (over het Jozef-verhaal) uitgegeven en ik was uitgenodigd om een deel van dat Jozef-verhaal toe te lichten. Veel toelichting (niet van die ‘deskundigen’ maar van de vertalers!) is ook in het boek terecht gekomen. De kleine lettertjes onderaan de pagina’s bevatten bij elkaar minstens zoveel woorden als de vertaalde tekst. Het zijn buitengewoon heldere toelichtingen en je hoeft geen Hebreeuws of Latijn te kennen, om ze te kunnen begrijpen. Wetenschappelijk verantwoord en toch goed te volgen, kom er nog eens om.
Dit alles heeft tot gevolg dat ‘onze eigen’ uitgeverij, nu zowel de Naardense Bijbel van Piet Oussoren uitgeeft als de Tora van Huub Oosterhuis en Alex van Heusden. Wat te lezen, wat te gebruiken in de eredienst? We komen niet onder een vergelijking uit. Tegelijk vind ik het moeilijk, want het lijkt onvermijdelijk dat je dan één van de twee of allebei tekort doet. Afgelopen zondag ging ik voor in een Tenach en Evangelie-dienst (de leerdienst in de Willem de Zwijgerkerk op zondag 26 januari. De laatste Tenach en Evangeliedienst waarin Wilken voorging (red)). Dat is een maandelijkse dienst waarin we het rooster van de synagoge volgen en natuurlijk zoek je dan naar een vertaling (of je maakt hem zelf) die zo dicht mogelijk bij het Hebreeuwse origineel blijft. Dit keer heb ik voor het eerst de Tora van Oosterhuis en Van Heusden gelezen. En dan noem ik maar gelijk het meest opvallende voordeel van deze vertaling boven die van Oussoren: het bekt beter. Het is vaak mooier en poëtischer en het leest heel goed voor. Maar als je de dienst en je uitleg voorbereidt, moet je vooral beide vertalingen erbij hebben, want soms worden, zoals hierboven al duidelijk gemaakt, verschillende aspecten in een verschillende vertaling benadrukt en dien je beide aspecten te bedenken met het oog op de uitleg. Tweede voordeel: de al genoemde kolometrische weergave. De Naardense Bijbel is in kolommen afgedrukt en dat maakt kolometrie praktisch onmogelijk omdat een ademeenheid vaak niet eens past op de beperkte breedte van de kolom. Tegelijk stel ik vast, dat de Tora juist omdat het goed leesbaar en mooi Nederlands wil zijn, vaak net iets vrijer vertaalt dan Oussoren. En wat mij het allermeest bevalt aan de Naardense Bijbel, dat is dat, hoewel Oussoren er al vele decennia aan werkt, het nog steeds ‘work in progress’ is. Het is wel eens voorgekomen, dat ik dacht: maar dat klopt toch net niet helemaal. En als je dan een kaartje stuurt, krijg je, wanneer hij het met je eens is, bijna per omgaande een berichtje terug dat het in de volgende druk verbeterd wordt. Of hij het ook laat weten als je ongelijk hebt, weet ik niet, want als ik ook maar enige twijfel heb, stuur ik het kaartje niet.
Natuurlijk, drie delen van de Tora (Genesis, Exodus en Numeri) waren al eerder verschenen, maar dat wil niet zeggen dat de al verschenen delen gewoon opnieuw zijn opgenomen. Integendeel. Niet alleen is de vertaling op veel plaatsen aangepast (verbeterd, zo stond er bijvoorbeeld eerst ‘verwekkingen’ en nu ‘verwekten’), maar ook de hele opzet is veranderd. De eerste uitgave van het boek Genesis (ik beperk me in deze bespreking maar – omwille van de lengte – tot het boek Genesis, waar ik als leerling van Breukelman en Deurloo ook het beste in thuis ben) geeft de indruk van een uitleg van het boek Genesis, waarin de hele tekst als verklaring van wat er daar uitgelegd wordt in cursief gezette fragmenten tussen de uitleg is geplaatst. Nu is het duidelijk: het gaat om de tekst en alle toelichting (nu uiteindelijk minder dan in die eerste uitgave) is er alleen op gericht om de betekenis van die tekst te verhelderen en niet om met andere woorden aan te geven wat er in de tekst gezegd wordt.
Tenslotte mag niet onvermeld blijven dat de tekst van de Tora in dit dikke boek omlijst wordt door een prachtig bijbels gedicht van Oosterhuis, de mooie en soms zelfs geestige lofrede van Alex van Ligten naast de zakelijke (maar ook werkelijk ter zake doende) inleiding van Alex van Heusden en tenslotte aan het eind de ‘eerste recensie’ van Mirjam Elbers met de prachtige titel ‘Literaire vertaling maakt politieke lezing mogelijk’. Daar doen we het voor! Onbegrijpelijk dat nog steeds op bijna alle kansels een NBV ligt.
Recente reacties